-
Kringloop, litho, 1938. "Rechtsboven komt een vrolijk knaapje uit zijn huis te voorschijn. Terwijl hij de trap af naar beneden holt, verliest hij zijn ruimtelijkheid en komt hij terecht in een patroon van platte, grijze, witte en zwarte soortgenoten. Linksom naar boven vereenvoudigen deze zich tot ruiten. De dieptewerking wordt herwonnen in de combinatie van drie ruiten die aan een kubus doen denken. De kubus sluit aan bij het huis waaruit het knaapje weer tevoorschijn komt. De vloer van een terras is bedekt met hetzelfde bekende patroon van ruitvormige tegels. Het vergezicht boven is als een maximum van driedimensionale natuurlijkheid bedoeld, terwijl het periodieke patroon van onderen een summum van twee dimensionale gebondenheid toont." ~ M.C. Escher, Grafiek en Tekeningen. Gedrukt in zwart-wit op 170 grams papier. Buitenmaat 55 x 65 cm. Afbeelding 32 x 54,5 cm. Wordt verzonden in kartonnen koker.
-
Drie werelden, litho, 1955. "De weergave van deze bosvijver bestaat uit drie elementen: de herfstbladeren die de wijking van het wateroppervlak aanduiden, de spiegelbeelden van drie bomen op de achtergrond, en de vis op de voorgrond in het doorzichtige water." ~ M.C. Escher, Grafiek en Tekeningen. Gedrukt in zwart-wit op 170 grams papier. Buitenmaat 55 x 65 cm, afbeelding 40 x 58 cm. Wordt verzonden in kartonnen koker.
-
Band van Möbius II, houtsnede van 3 blokken, 1963. "Een gesloten ringvormig lint heeft meestal twee afzonderlijke oppervlakken, één van binnen en één van buiten. Op déze strook echter lopen negen rode mieren elkaar achterna en betreden zowel de voorkant als de keerzijde. Het lint heeft dus maar één oppervlak." ~ M.C. Escher, Grafiek en Tekeningen. Gedrukt in kleur op 170 grams papier. Buitenmaat 55 x 65 cm, afbeelding 27 x 58 cm. Wordt verzonden in kartonnen koker.
-
M.C. Escher’s Reptielen (1943) is een grillige maar tot nadenken stemmende litho die de grens tussen tweedimensionale en driedimensionale ruimte vervaagt. In deze prent komt een serie kleine, getegelde reptielachtige figuren tevoorschijn uit het platte oppervlak van een tekening, komt tot leven en kruipt over een rommelig tafelblad, om vervolgens terug te keren naar hun oorspronkelijke, platte vorm. Deze cyclische beweging creëert een fascinerende wisselwerking tussen kunst en realiteit, en toont Eschers kenmerkende thema’s van transformatie, illusie en de paradoxale relatie tussen het platte en het ruimtelijke. Met zijn nauwkeurige details en speelse verhaal nodigt kijkers uit om perceptie en de aard van artistieke creatie zelf in twijfel te trekken. Gedrukt in zwart-wit op 170 grams papier. Buitenmaat 55 x 65 cm, beeldmaat ongeveer 43,5 x 38 cm. Wordt verzonden in kartonnen koker.
-
Dag en Nacht, houtsnede van 2 blokken, 1938. "Grijze rechthoekige akkers ontwikkelen zich in opwaartse richting tot silhouetten van witte en zwarte vogels; de zwarte vliegen naar links, de witte naar rechts als twee tegengesteld gerichte formaties. Links vloeien de witte in elkaar over en verenigen zich tot een daghemel en -landschap. Rechts smelten de zwarte samen tot nacht. De dag- en nachtlandschappen zijn elkaars spiegelbeelden, die zich verenigen door middel van grijze akkers, waaruit de vogels zich weer ontwikkelen." ~ M.C. Escher, Grafiek en Tekeningen. Gedrukt in zwart-wit op 170 grams papier. Buitenmaat 86,7 x 55 cm, beeld ongeveer 78 x 45,5 cm. Wordt verzonden in kartonnen koker.
-
Relativiteit, litho, 1953. "Drie zwaartekrachten werken hier loodrecht op elkaar. Drie aardoppervlakken snijden elkaar rechthoekig en op elk van hen leven mensen. Twee bewoners van verschillende werelden kunnen niet op eenzelfde vloer lopen, zitten of staan, want hun noties van wat horizontaal en wat vertikaal is, zijn niet dezelfde. Maar wel kunnen zij samen eenzelfde trap benutten. Op de bovenste hier afgebeelde trap bewegen twee personen zich naast elkaar in dezelfde richting voort. Toch daalt de ene naar beneden en klimt de andere naar boven. Contact tussen beiden is uitgesloten, omdat zij in verschillende werelden leven en dus niet van elkaars bestaan kunnen afweten." ~ M.C. Escher, Grafiek en Tekeningen. Gedrukt in zwart-wit op 170 grams papier. Buitenmaat 55 x 65 cm, afbeelding 43 x 40,5 cm. Wordt verzonden in kartonnen koker.
-
Andere Wereld, houtgravure van drie blokken, 1947. "Het inwendige van een kubusvormige uitbouw. Openingen in de vijf zichtbare wanden bieden uitzicht op drie verschillende taferelen. Door het bovenste paar ziet men, bijna loodrecht naar beneden, de grond; de middelste twee liggen op ooghoogte en tonen de horizon; door het onderste paar kijkt men steil omhoog naar de sterren. Elk oppervlak van dit bouwwerk dat nadir, horizon en zenith op logische wijze verenigt, heeft een drievoudige functie. Het achtervlak in het centrum biivoorbeeld is een wand in relatie met de horizon, een vloer in verband met de bovenste doorkijk en een zoldering met betrekking tot het uitzicht op de sterrenhemel." ~ M.C. Escher, Grafiek en Tekeningen. Gedrukt in kleur op 170 grams papier. Buitenmaat 55 x 65 cm afbeelding 41,5 x 50,5 cm. Wordt verzonden in kartonnen koker.
-
Gedrukt in zwart-wit op 170 grams papier. Buitenmaat 55x65 cm. Wordt verzonden in kartonnen koker.
-
Lucht en water I houtsnede, 1938. "In de horizontale middenstrook zijn vogels en vissen gelijkwaardig. Maar vliegen associëren wij met de lucht, dus zijn de vier hem omringende witte vissen voor de zwarte vogel de lucht waarin hij vliegt. Op dezelfde manier doet zwemmen ons aan water denken, dus worden de vier zwarte vogels die de vis omringen, voor hem tot het water waarin hij zwemt." ~ M.C. Escher, Grafiek en Tekeningen. Gedrukt in zwart-wit op 170 grams papier. Buitenmaat 55 x 65 cm. Afbeelding 50 x 50cm. Wordt verzonden in kartonnen koker.
-
Hol en bol, litho, 1955. "Naast elkaar staan drie huisjes met een kruisgewelf als dak. Het linker ziet men uitwendig, het rechter inwendig en het middelste naar keuze van binnen of van buiten. Van dergelijke inversies zijn er verschillende op deze prent afgebeeld; één ervan wordt hier beschreven. Er zijn twee fluitspelende jongens. Links kijkt de ene door een raam neer op het dak van middelste huisje; als hij door zijn raam klimt kan hij op het dak gaan staan. Springt hij vervolgens aan de voorkant naar beneden, dan komt hij, een verdieping lager, op de donkere vloer voor het huisje terecht . De rechter fluitspeler echter ziet datzelfde kruisgewelf, als hij zich voorover buigt, boven zijn hoofd als een dak. Mocht hij uit zijn raam willen klimmen, dan is er voor hem geen vloer, maar een peilloze afgrond." ~ M.C. Escher, Grafiek en Tekeningen. Gedrukt in zwart-wit op 170 grams papier. Buitenmaat 65 x 55 cm, afbeelding 56 x 47 cm. Wordt verzonden in kartonnen koker.
-
Waterval, litho, 1961. "In hetzelfde artikel van het British Journal of Psychology dat de inspiratie voor Klimmen en Dalen was, publiceerde R. Penrose de perspectivische tekening van een driehoek. Een kopie daarvan is hier gereproduceerd. Hij is samengesteld uit vierkante balken die rechthoekig op elkaar staan. Als wij stuk voor stuk alle onderdelen van deze constructie volgen, valt er geen enkele fout in te ontdekken. Toch is het een onbestaanbaar geheel, omdat er plotseling veranderingen optreden in de interpretatie van de afstand tussen ons oog en ons object. In de prent is deze onmogelijke driehoek drie maal toegepast. Neerstortend water brengt een molenrad in beweging en vloeit vervolgens, in een hellende goot tussen twee torens, langzaam zigzagswijze naar beneden tot het punt waar de waterval opnieuw begint. De molenaar moet zo nu en dan een emmer water toevoegen om verlies door verdamping te verhelpen. De twee torens zijn even hoog en toch is de rechter een verdieping lager dan de linker." ~ M.C. Escher, Grafiek en Tekeningen. Gedrukt in zwart-wit op 170 grams papier. Buitenmaat 55 x 65 cm, afbeelding 40 x 50 cm. Wordt verzonden in kartonnen koker.
-
Prentententoonstelling, litho, 1956. "[In deze prent is er een] vergroting naar het centrum toe, heeft hier een ringvormige uitdijing plaats, rondom het lege centrum, in de richting die de wijzers van een klok gaan. Rechtsonder betreden wij door een poort een tentoonstellingsgalerij met prenten op tafels en aan wanden. Eerst passeren wij een bezoeker met zijn handen op zijn rug en daarna, in de linker benedenhoek, een jonge man die al vier maal zo groot is. Zijn hoofd is, in verhouding tot zijn hand, al weer uitgedijd. Hij bekijkt de laatste prent van een serie aan de wand en volgt met zijn blik een voor een de details: de boot, het water en de huizen op de achtergrond. Van daar glijdt zijn blik verder van links naar rechts langs steeds grotere huizenblokken. Er kijkt een vrouw door haar geopende venster neer op het schuine dak dat de expositiegalerij afdekt; daarmee waren wi| onze rondgang begonnen. De jongen ziet al deze dingen als tweedimensionale details van de prent die hij bestudeert. Tast zijn blik nog iets verder, dan ziet hij zichzelf, als een onderdeel van de prent." ~ M.C. Escher, Grafiek en Tekeningen. Gedrukt in zwart-wit op 170 grams papier. Buitenmaat 55 x 65 cm, afbeelding 47,2 x 46,3 cm. Wordt verzonden in kartonnen koker.
-
Belvedere, litho, 1958 "Op de voorgrond, links onderaan, ligt een vel papier waarop de ribben van een kubus zijn getekend. Twee cirkeltjes geven de plaatsen aan waar ribben elkaar kruisen. Welke ribbe ligt vóór, welke achter? Voor-en-achter tegelijkertijd is in een drie-dimensionale wereld niet mogelijk en kan dus ook niet worden afgebeeld. Maar wèl kan een voorwerp getekend worden dat van boven een andere realiteit weergeeft dan van onderen. De knaap die op de bank zit, heeft zo'n kubusachtige absurditeit in zijn handen. Hij bekijkt het onbestaanbare voorwerp peinzend en is er zich blijkbaar niet van bewust dat de belvedere achter zijn rug op dezelfde onmogelijke manier is gebouwd. Op de vloer van het onderste platform, dus binnenshuis, staat een ladder, waarlangs twee personen bezig zijn naar boven te klimmen. Maar een verdieping hoger aangekomen, staan zij weer in de openlucht en moeten het gebouw nogmaals binnentreden. Is het dan een wonder dat niemand van het gezelschap zich bekommert om het lot van de gevangene in het souterrain, die jammerend zijn hoofd door de tralies steekt?" ~ M.C. Escher, Grafiek en Tekeningen. Gedrukt in zwart-wit op 170 grams papier. Buitenmaat 55 x 65 cm, afbeelding 35 x 55 cm. Wordt verzonden in kartonnen koker.
-
Bevrijding, litho, 1955. "Op het uniform-grijze oppervlak van een zich ontrollende papierstrook heeft een ontwikkeling plaats, van onder naar boven, tegelijkertijd in vorm en contrast. Driehoeken, eerst nauwelijks zichtbaar, veranderen in meer gecompliceerde figuren terwijl hun onderlinge kleurcontrast toeneemt. In het midden zijn zij als witte en zwarte vogels voltooid. Van hieraf verder naar boven bevrijden zij zich van elkaar en vliegen als zelfstandige wezens de wereld in. Daarom verdwijnt de papierstrook waarop zij getekend waren." ~ M.C. Escher, Grafiek en Tekeningen. Gedrukt in zwart-wit op 170 grams papier. Buitenmaat 34 x 75 cm, afbeelding 30 x 66 cm. Wordt verzonden in kartonnen koker.
-
Modderplas, houtsnede van 3 blokken, 1952. "De wolkenloze avondhemel weerspiegelt zich in een modderplas die na een regenbui in de kuil van een bosweg is achtergebleven. Sporen van twee vrachtauto's, twee fietsen en twee voetgangers zijn in de drassige bodem afgedrukt." ~ M.C. Escher, Grafiek en Tekeningen. Gedrukt in kleur op 170 grams papier. Buitenmaat 65 x 55 cm, afbeelding 49 x 36,2 cm. Wordt verzonden in kartonnen koker.
-
Vlakvulling II, litho, 1957. "... Ook konden zij slechts tot stand komen na jaren lange training met regelmatige vullingen. De herkenbaarheid van hun componenten als natuurobjecten speelt een nòg belangrijker rol. Plezier in het moeilijke spel, zonder symbolische bijbedoeling, was de enige echte reden van hun ontstaan... De rechthoekigheid van het totale vlak is de enige regelmaat die hier nog aanwezig is. Van de binnenfiguren zijn er slechts enkele die begrensd worden door vier omliggende. De directe omgeving van de kikker bestaat uit twee figuren; de gitaar wordt door drie begrensd, de haan door vijf en de struisvogel (als het er een is) door zes. Het totale aantal blijkt slechts na nauwkeurig tellen. " ~ M.C. Escher, Grafiek en Tekeningen. Gedrukt in zwart-wit op 170 grams papier. Buitenmaat 65x55 cm, afbeelding 55,5 x 47,5 cm. Wordt verzonden in kartonnen koker.
-
Toverspiegel, litho, 1946. "Op een tegelvloer staat een vertikaal spiegelend schem, waaruit een fabeldier geboren wordt. Stukje voor stukje treedt het naar buiten tot er een compleet dier naar rechts wegloopt. Zijn spiegelbeeld begeeft zich naar links, maar blijft even reëel, want van achter het reflecterende scherm komt het te voorschijn in de werkelijkheid. Eerst lopen zij in één rij achter elkaar, dan twee aan twee en ten slotte komen beide stromen elkaar tegemoet in rijen van vier. Tegelijkertijd verliezen zij hun plasticiteit. Als stukjes van een legpuzzel schuiven zij in elkaar, vullen elkaars tussenruimten op en vereenzelvigen zich met de vloer waarop de spiegel staat." ~ M.C. Escher, Grafiek en Tekeningen. Gedrukt in zwart-wit op 170 grams papier. Buitenmaat 65 x 55 cm. Wordt verzonden in kartonnen koker.
-
Klimmen en Dalen, litho, 1960. "De eindeloze trap die het hoofdmotief van deze verbeelding is, werd ontleend aan een artikel van L.S. Penrose in het februari-nummer 1958 van het British Journal of Psychology. Een rechthoekige binnenplaats wordt begrensd door een gebouw dat een trap zonder einde als dakbedekking heeft. De bewoners van dit huizencomplex zijn misschien wel monniken, leden van een onbekende sekte Mogelijk is het hun rituele plicht om dagelijks enkele uren deze trap te beklimmen. Als ze moe zijn, mogen ze blijkbaar omkeren en afdalen in plaats van klimmen. Maar beide richtingen, hoewel zinvol, zijn even rusteloos. Twee weerspannige individuen weigeren vooralsnog om aan deze oefening mee te doen. Zij denken er het hunne van, maar misschien zullen zij vroeg of laat hun dwaling inzien." ~ M.C. Escher, Grafiek en Tekeningen. Gedrukt in zwart-wit op 170 grams papier. Buitenmaat 55 x 65 cm, afbeelding 44,5 x 54 cm. Wordt verzonden in kartonnen koker.

















